31.1.07

Kikker

Groot Ventje zat al te wiebelen in de autostoel.
'Wij gaan naar tonee-eel, joepie-jee!' klonk het achterin.
En: 'Is het nog ver, die toneelzaal?'
En: 'Toneel, dan doen die mensen anders dan anders he?'
Hij kijkt zijn ogen uit als we de schouwburg binnen stappen. We hebben al wel eens een toneelvoorstelling gezien, maar die was niet in een schouwburg. Een heuse vestiaire, een trap met heel veel treden, 'wel honderd he mama?', een plekje in de baignoires, roodfluwelen stoeltjes: ditmaal is het er allemaal bij. En het maakt zichtbaar indruk.
Tijdens de voorstelling, Kikker in de wolken, zit hij, zo kennen we Groot Ventje, de hele tijd aandachtig en ernstig te kijken. Een dik uur later gaat hij op zijn roodfluwelen stoel staan en applaudisseert enthousiast. Een staande ovatie, onbewust.
Kikker in de wolken, van Theater Terra, is een prachtige voorstelling, gebaseerd op drie van de Kikker-verhalen van Max Velthuijs, met ertussendoor het verhaal van het jongetje Max, dat veel parallellen vertoont met de Kikker-verhalen.
Theater Terra, dat is poppenspel met prachtige poppen van, schat ik, wel een meter groot, die bespeeld worden door acteurs van wie de bewegingen, de stem, zelfs de mimiek wel lijken samen te vallen met de poppen waardoor die helemaal tot leven komen. Theater Terra is ook een schijnbaar eenvoudig maar ingenieus decor met veel inventieve vondsten voor scène wisselingen, leuke muziek met liedjes die je meteen oppikt. Het lijkt allemaal zo simpel, maar het zit enorm knap in elkaar.
Prachtig vond ik de scène waarin Kikker in de vijver naar zijn spiegelbeeld kijkt, droevig omdat hij zichzelf maar een doodgewone groene kikker vindt die niks bijzonders kan. Een visueel hoogstandje!
Als we de schouwburg uit lopen, zegt Groot Ventje: 'Het was allemaal zo leuk!'

De pest in

Straks gaan Groot Ventje en ik naar het toneel.
Omdat ik nog even iets praktisch wil checken, surf ik naar de site van de schouwburg.
Ik klik ook even door op een prikkelend linkje.
Eerst ga ik breed glimlachen, dan lees ik verder, zie de datum.
Afgelopen zaterdag was een van mijn favoriete auteurs in Leuven.
Nauwelijks twintig minuutjes hiervandaan.
Erger nog, ik was die zaterdag ook in Leuven.
Terwijl Edward van de Vendel ongetwijfeld weer veel interessants en fijns zat te vertellen of voor te lezen, op zijn eigen aangename wijze, waren Mijn Liefste en ik een klas in de school van Groot Ventje aan het poetsen. Ouderparticipatie heet dat.
Ik weet het: had ik de culturele kalender maar beter in het oog moeten houden.
Maar toch heb ik de pest in.

Gekuist

Al wie van dichtbij met kinderen geconfronteerd wordt, voelt wel eens, of vaak, de neiging om ze te beschermen. Handje bij het oversteken, handje op het voetpad, traphekje bovenaan de trap, traphekje onderaan de trap, slotje op de oven...
Sommige mensen menen ook de hoofden van kinderen te moeten beschermen. Zo ook enkele christelijke basisscholen uit het Nederlandse Staphorst. Hun leerlingen zullen bij het gebruiken van de Van Dale alvast niet meer bezoedeld worden door vloeken, schuttingtaal en wat dies meer zij.
Van Dale on demand: de mogelijkheden zijn eindeloos, als je erover nadenkt.
De gevaren ook, helaas.

Wat de bakker niet kent...

Een pakje rozijnen met een nog maar beperkte houdbaarheidsdatum.
Een halve zak oud brood.
Een zestal eieren die op moeten.
Daar zit maar één ding op: broodpudding.
Groot Ventje is meteen enthousiast en we bedenken wat er nog in kan.
Peperkoek. Twee Bob-de-Bouwerkoeken. Eén berenkoek. Honing. En omdat ik weet wat er gaat volgen, nog een extra lekker ingrediënt: chocoladebolletjes van Callebaut.
Groot Ventje weegt, giert, klutst, roert, geniet.
Als de broodpudding gebakken en afgekoeld is, vraag ik, zoals elke keer: 'Wil je een stukje?'
En zoals elke keer, schudt Groot Ventje het hoofd: 'Nee.'
Zelfs met chocoladebolletjes erin blijft het nee.

30.1.07

Vanzelfsprekende metamorfose

Meer dan tien jaar al staat Een heel lief konijn van Imme Dros in mijn boekenkast. Nu haal ik het er weer uit.


Op een dag kreeg mevrouw Klein een staart.
Ze wist niet wat ze zag.
Zij een staart.
Op haar leeftijd!
Het was maar een klein staartje.
Dat was nog een geluk.
Je merkte er niet veel van.
Vooral niet met kleren aan.

Mevrouw Klein vroeg zich af
hoe ze aan die rare staart kwam.
Ze had nooit iets raars gedaan
en nooit iets raars gehad in haar leven.

Ze bekeek de staart
in de spiegel.
En ze dacht goed na.
Waar leek dat ding nu op?


Terwijl ik de eerste zinnen voorlees aan Groot Ventje en weer de tekeningen van Jaap Lamberton zie, overvalt me weer iets van het leesplezier van zoveel jaar geleden. Het verhaal is eenvoudig, mevrouw Klein verandert geleidelijk aan in een konijn en is daar niet bepaald gelukkig mee (maar gelukkig lijkt meneer Klein sprekend op een otter), en wordt door Imme Dros verteld op een bijzonder sobere manier. Geen woord te veel, en toch boordevol gevoel, humor, knipoogjes. Veel van die knipoogjes - 'Zie je niets aan me?' / vroeg mevrouw Klein. / Meneer Klein keek over de krant. / 'Een nieuwe jurk? Ander haar?' / 'Jij ziet ook nooit iets,' / riep mevrouw Klein. 'Ach,' zei haar man, / 'voor mij ben je altijd goed.' - gaanover het hoofd van Groot Ventje heen. Geen nood, hij gaat op in het, voor hem, knotsgekke verhaal van 'een mevrouw die eerst een mevrouw was en toen was ze ineens een konijn'. Ik glimlach om de grapjes, en hoor ook Mijn Liefste, met een half oor meeluisterend, grinniken.
Helemaal af wordt het boek door de tekeningen van Jaap Lamberton. Ze zijn al even sober en summier als de tekst van Imme Dros, en toch vormen ze er een prachtige aanvulling op. Ze lijken alleen de essentie te tonen, en laten de concrete invulling - wijselijk? - aan de lezer. Ze houden zich ook verre van enig realisme, waardoor dit ongewone verhaal haast iets vanzelfsprekends krijgt.

(En het leukste nieuws: dit boek is net herdrukt in de reeks 'Schatkist van de jeugdliteratuur' en is dus gewoon verkrijgbaar.)

Heimwee

Elke week lees ik de hotelbespreking in Weekend Knack, inspiratie voor rustiger tijden.

Deze week kijk ik verrast naar de foto's.
Hôtel du Jeu de Paume, hartje Parijs.
O ja.
Heerlijk was het er, jaren geleden, een leven geleden lijkt het nu wel, in prille, nog ventjesloze tijden.
Zeventiende -eeuws, prachtig gerestaureerd, een mengeling van klassiek en modern, fantastische ligging, rust, en een service zoals een hotelservice hoort te zijn.
Ik droom weg.
Dan klik ik verder op de website van het hotel.
Het prijskaartje houdt me nog even met beide voeten op de grond.

29.1.07

Duidelijk

Groot Ventje wou gisteren met Mijn Liefste een boek lezen.
Niet zomaar een boek, neen, 'dat boek over die knoop, met die slak die geen naaktslak is, maar die toch geen huisje heeft omdat hij dat is kwijtgeraakt'.
Er rinkelde bij Mijn Liefste geen belletje.
'Dat boek met de Droevige Daklozige Slak. En met die wolf, die ook in een ander boek staat, dat rode, waarin ook die auto staat waar een meneer onder ligt.'

Pincet

De pincetgreep is een belangrijk concept in de fijnmotorische ontwikkeling.
Ga maar na: tussen je duim en wijsvinger iets fijns oppakken, levert veel meer resultaat op dan het met de hele hand proberen.
Klein Ventje heeft zijn geheel eigen domein uitverkoren om zijn pincetgreep te oefenen. Broodkruimeltjes?
Pluisjes op de grond?
Neen, vel, puur onversneden vel, dát pakt pas lekker tussen duim en wijsvinger.
En je krijgt er nog leuke kreetjes bij als je het doet ook.

26.1.07

De Nachten, hels

Eén oortje, vuurrood, ontstoken.
Vier boventandjes, vlijmscherp, klaar om zich een weg door zacht tandvlees te snijden.

Is (pijn+pijn4) erger dan pijn?

25.1.07

Gegniffel

Geen verhaaltjes vandaag natuurlijk, maar een stapeltje dichtbundels, Hans en Monique Hagen, Nannie Kuiper, Riet Wille, Geert de Kockere, van alles door elkaar.
Wat Groot Ventje het leukste gedichtje vond? En waarom? Ik hoefde het zelfs niet te vragen.

In mijn...

Ik heb mijn pet
opgezet
en mijn sokken
aangetrokken.

O wat een wonder!
Ik ben aangekleed
v
a
n

t
o
p

t
o
t

t
e
e
n
maar wel zonder...

(Riet Wille)

Inspiratie

Een fijn Gedichtendag-initiatief: Parlando vroeg een dertigtal kunstenaars om aan de slag te gaan met het gedicht Melopee van Paul van Ostaijen.

Glunderoogjes

De juf van Groot Ventje: 'Gij, gij wordt nog nen echte bakker, gij.'

Gedichtendag!


24.1.07

Knoop

Een tijdje geleden lazen Groot Ventje en ik Wolf van Sara Fanelli, vanavond haal ik van diezelfde auteur en illustratrice Knoop uit de kast. Ik ben nog niet echt aan het voorlezen - het boek opent, ontraditioneel, met een soort voorstelling van de personages - of Groot Ventje wiebelt: 'Maar dat is de wolf uit dat andere boek!'
Ik houd me van de domme.
''Dat boek waarin hij naar de stad gaat, maar niemand vriendjes met hem wil zijn!'
Nog ben ik dom.
'Die wolf heeft ook veel van die warrige haartjes!'
Daar kan ik niet tegenop.
Ook Knoop is weer een leuk voorleesverhaal - al is de kleingedrukte vertaling, in de marge, van de lappen tekst die in de illustraties vertaald zijn, een minpuntje. De knoop die van een jas valt en dan in verschillende handen terechtkomt, steeds weer bij iemand die hem ergens voor kan gebruiken, is zo het uitgangspunt voor een leuk kringverhaal. Bij het zien van de slak, niet zomaar een slak, maar een Droevige Dakloze, anticipeert Groot Ventje al: 'O ja! De slak kan hem als een huisje gebruiken!'
De Droevige Dakloze Slak is mijn favoriet uit dit boek. Wat een schepsel! En wat een pracht, als hij met Knoop eindelijk een echt huisje heeft - meteen de allermooiste bladzijde, in een magnifiek rood.
En Groot Ventje, die vindt het een leuk boek 'omdat iedereen iets vindt wat hij kan gebruiken'.

Prijs

In Antwerpen is vanavond de eerste Herman de Coninckprijs uitgereikt. In inkt gewassen van Charles Ducal is uitgeroepen tot de beste dichtbundel. Ik kan er weinig over zeggen, om de zo simpele reden dat ik hem niet gelezen heb.

De publieksprijs, voor het beste gedicht, gaat naar Joke van Leeuwen. Haar bundel, Wuif de mussen uit, heb ik wél gelezen, en ik ben blij dat ze een beetje in de prijzen deelt, met een erg mooi gedicht:

Andermans hond

Ik ging niet wandelen met de hond,
de hond ging wandelen met mij.
Kijk, zei hij, kijk, zo doe je dat:
je snuffelt wat, je kruipt eens
onder groen, je doet daar wat je
daar moet doen, je kwispelt -
nee dat kun je niet - loopt achterna
wat vleugels heeft, je rolt je op je
ene zij, je andere zij, je ene zij,
je mond staat op de tocht, je zoekt
in woorden naar een geur, bij grenzen
naar vreemd vocht, hoort woest geroep
van groepen mens als blaffen aan,
verstaat alleen je naam
en Lig en Koest en Af.

Verwengen of bakgen?

Het moet genetisch bepaald zijn.
Groot Ventje was vanmidag bij oma en opa L., en wat hebben ze gedaan?
Hij en oma - door hem al sinds ventjesheugenis 'Oma Schattebieke' genoemd - hebben wafels gebakken.
Een hele doos vol.
'Voor de hele klas!'

23.1.07

Wat blijft

'People may forget what you said or what you did, but they will never forget how you made them feel,'
lees ik op Inspired to Inspire. Een citaat van ene Carl W. Buechner, mij volslagen onbekend. Een zoektochtje op Google leert dat de man vooral actief is op het vlak van Bonder Zonder Naam-achtige uitspraken.
Bonder Zonder Naam of niet, het bovenstaande is zo waar. Maar ik vergeet het, soms, als in alle drukte het leven rennen wordt.

Eigenzinnig

In de klas knutselt Groot Ventje aan een bedje, een kopie van het zijne. Het timmerwerk is achter de rug, de lattenbodem is erop gekleefd, het dekbedje is genaaid en beschilderd.
Thuis lezen Groot Ventje en ik Negen schijfjes banaan van Pieter Gaudesaboos, al langer een van mijn favorieten.
Negen schijfjes banaan vinden in het in de koelkast te koud. Ze duwen de koelkastdeur open en gaan, mooi op een rijtje, op zoek naar een beter slaapplekje. Dat vinden ze ook, een voor een, aftelrijmpjesgewijs, op hun tocht door een donker herenhuis. Alles is tenslotte beter dan een kille koelkast, een kopje met een bodempje chocolademelk, de harige vacht van een hond, ja zelfs, een wc-bril.
Een eigenzinnig, onconventioneel verhaal? Zonder enige twijfel. De vorm is dat nog veel meer. Gaudesaboos vertelt het verhaal van de schijfjes banaan vooral in foto's, artistieke, verrassende, uitdagende, prikkelende foto's. De sobere tekst, helemaal tot de essentie herleid, leest aangenaam, en vertelt het hele verhaal. De foto's vertellen het hele verhaal, maar op hun geheel eigen manier, bijna filmisch, als was elke bladzijde een filmscène. De vormgeving speelt prachtig op de kleinste details in. Samen maken ze van Negen schijfjes banaan een waar pareltje.
Bij elk boek van Pieter Gaudesaboos moet ik altijd weer aan die spin van Annie M.G. Schmidt denken, 'eigenzinnig en niet bang'. Precies: eigenzinnig en niet bang, zo doet hij zijn ding.

Leven, een oefening in gemis

Groot Ventje, in bed, bij het slapengaan: 'Ik mis oma L.'
Mijn Liefste: 'Morgen is het maar een half dagje school. 's Middags komt opa L. je halen en dan ga je naar oma L.'
Groot Ventje: 'Maar als ik dan bij oma L. ben, mis ik jullie.'

Wie?

En dan steekt natuurlijk de vraag de kop op: wie dan wel? Wie krijgt dat goud? In mijn hoofd begon meteeneen iel stemmetje te opperen: 'Zou het...? Zou het kunnen? Dat hele mooie prachtige meesterwerk van Aidan? Zou het?
Neen dus.
De Printz Award 2007 gaat naar American Born Chinese by Gene Luen Yang.

Amerikaans blij

De Michael L. Printz Award is een belangrijke Amerikaanse literaire prijs voor boeken voor adolescenten. Hij ging in het verleden al naar David Almond, Aidan Chambers, John Green. Wie de Printz 2007 krijgt, is nog een geheim, maar John Green kreeg wel al een telefoontje dat hij dit jaar voor An Abundance of Katehrines zilver krijgt. En wat is de man blij, helemaal Amerikaans blij met veel oh my God's en really?'s en wow's en I can't believe this. Je kunt het helemaal zelf zien, in een filmpje op zijn blog.

22.1.07

Onderweg

Sara Fanelli, Pinocchio ~ Jonathan Safran Four, Everything Is Illuminated ~ Virginia Woolf, A Writer's Diary ~ Virginia Woolf, Congenial Spirits ~ The Myths Boxset.
Jammer dat Amazon geen leeslampjes verzendt buiten de UK.
Maar uitkijken is het hoe dan ook.

Droom

In de klas van Groot Ventje wordt regelmatig rond een thema gewerkt. Af en toe haal ik dan een prentenboek uit de kast dat daarbij aansluit.
Tegenwoordig werken ze rond slapen en bedjes.
Anna Höglund, denk ik meteen, Nachtreis.
Ik nestel me met Groot Ventje op de bank en begin voor te lezen.
Als de mama van Nino en Elon voor de vierde keer hun slaapkamerdeur achter zich dichttrekt... komt er een tijger aangelopen, door de kier van de deur. Het begin van een fantastisch avontuur.
Bij elke bladzijde die ik omsla, lijken de ogen van Groot Ventje groter te worden, en hij vergeet er zijn flesje bij te drinken. Zelf vergeet ik haast dat ik aan het voorlezen ben, zo vanzelf laat dit prentenboek zich lezen, pagina na pagina. Als Nino en Elon allang weer thuis zijn, is hij nog helemaal in de ban van het verhaal en de onelooflijke avonturen die de twee broertjes beleefd hebben. Buiten adem bijna vertelt hij na wat er allemaal gebeurd is, als moet hij het nog eens op een rijtje zetten om het te kunnen geloven.
En dan hebben we niet eens lang naar de prenten gekeken, waar nog zoveel leuks en vreemds en intrigerends te zien is... Morgen?

Chocolade

Op de luchthaven stootte ik op dit mooie tasje van CaféTasse: de Travel Box.
Het riep herinneringen op aan lang vervlogen tijden.
Ik kon er niet aan weerstaan.
Een week later is de Travel Box flink opgeschoten.
Mijn Liefste is niet echt onder de indruk, maar lijkt toch een voorkeur te hebben voor het zwartste zwart.


Zelf weifel ik. Lait Nougat? Of Lait Café?

Groot Ventje is minder kieskeurig. Extra Noir, Blanc Café, Noir Orange, alles lust hij, zelfs Noir Earl Grey.
Chocolade is chocolade is lekker.

21.1.07

Cakejes

Bij het opruimen van de keukenkast vind ik een doosje 'Mini Cakes Mix'.
Een achterdehandje, voor als de voorbereidingen voor het Grote Muffinfestijn niet naar wens verliepen, herinner ik me.
De voorbereidingen verliepen naar wens, de doos staat nog in de keukenkast.
De vervaldatum blijkt met rasse schreden te naderen.
En dus trekken Groot Ventje en ik onze kookschorten aan.
Met zo'n mix is de klus al helemaal snel geklaard, maar het plezier is er niet minder om.
Morgen kan er weer een lekkere doos mee naar de klas.

Hoera

Driehonderd dagen al drinkt Klein Ventje mamamelk.
Het begin was woelig, en meer dan eens leek het einde in zicht.
Maar kijk: driehonderd dagen al.

20.1.07

Lief

Terwijl ik blog, brengt Mijn Liefste me onverwacht een kop chocolademelk.
Warm, lekker, smeuïg, met een bodempje van echte chocola: áf.
Warm krijg ik het.

Uitroepteken

Ergens zijn wij, ervaren, door de literaire wol geverfde, verstokte lezers, iets kwijtgeraakt.
Een boek kan me zo bekoren dat ik er helemaal in opga, het kan me betoveren, verstillen, verontrusten, het kan me naar adem doen happen, het kan me op mijn lip doen bijten, het kan me in een roes brengen, helemaal van de wereld, of net elk vezeltje in mijn lichaam doen tintelen. Maar doorgaans blijf ik stil.
Groot Ventje spelt letters, plakt ze aaneen tot woordjes, plakt die aaneen tot korte zinnetjes. En dan gebeurt het, soms. 'd-a-a-r daar d-a-s das een d-o-o-s doos. Daar das een doos. O een uitroepteken.' Vervolgens galmt het door de woonkamer: 'Daar das een doos!' Een uitroep zoals uitroepen horen te zijn, luid en krachtig.

Geur

Als Klein Ventje 's avonds in slaap valt, kriebelen zijn haartjes in mijn neus.
Voorzichtig breng ik mijn gezicht nog wat dichter bij zijn hoofdje, en weer neem ik zijn geur in me op.
Net als die allereerste avond.
Er zijn al veel water en shampoo overheen gegaan, de zoete weeë geur van een vers nestdiertje wordt een herinnering, maar mijn neus in het haar van Klein Ventje: geen lekkerder geur.

19.1.07

Stil

Ik lees Extremely Loud and Incredibly Close van Jonathan Safran Foer.
Ik ben overdonderd, helemaal.
Er zijn geen woorden.
Nog niet.

15.1.07

Lekkers voor de klas

Trots stapte Groot Ventje vandaag zijn klas binnen. Vorige week had hij gezegd dat hij wel eens iets lekkers wilde maken 'voor al de kindjes in de klas' en dus kochten we chocolade, eieren, suiker.
Gisteren was het zo ver. Na een bezoek aan de luchthaven (zoveel te zien, zoveel indrukken te verwerken) trokken we onze schorten aan. Eiwit en eigeel werden van elkaar gescheiden, en net toen ze mooi in kommen naast elkaar stonden, duwde Klein Ventje zijn voelboek er krachtig tegenaan. Het eigeel (niet nodig) doorstond de schok, het eiwit (wel nodig) vloog alle kanten op. De koelkast van de buurvrouw bracht redding: vijftien nieuwe eieren werden gesplitst, het eiwit werd met suiker stijfgeklopt, de gesmolten chocolade erdoor gespateld. Een heerlijk eenvoudig recept, goed voor een gigantische kom chocomousse.
Vanavond kwam ze zo goed als leeg mee terug, in de handen van een glunderend Groot Ventje, met nog een streepje bruin op zijn neus.

12.1.07

Lieve Muis

Elke avond worden er drie boekjes voorgelezen voor het slapengaan. Soms ook meer, maar altijd drie. Vanavond kies ik er een, Groot Ventje twee. Een ervan is een Nijntjeboek, het andere Het is Pasen van Liesbet Slegers. Dat het winter is, dat paashazen nu lekker in hun warme holletje zitten, dat chocolade-eieren niet gedijen op een koude wintergrond: het mag niet baten, het zal dit boek zijn. Terwijl het buiten stormt, is het hier heel even Pasen.
Dan is het de beurt aan mijn keuze. Lieve Muis van Daan Remmerts de Vries. Een liefdesverklaring aan een muis. En wat voor een liefdesverklaring! Een prachtig klein boekje, warm, lief, en verrassend grappig!

En nu

Spectaculair zijn ze niet, de verhaaltjes in Kip Kat Koe van Heidi Smits en Marijke Bouwhuis. Een kip die leert zwemmen, een vis die van een kat een pan cadeau krijgt... om vis in te bakken, een koe die liever voorgelezen wordt dan zelf te lezen... Maar wat een pret, elke avond weer. Mijn Lief of ik leest de klein gedrukte zinnetjes, Groot Ventje buigt zich over de korte, vet en groot gedrukte. Mooie formule, die samenleesboeken. Voorleesplezier wordt samenleesplezier.

Hoe het allemaal begon

Die dag, afgelopen december, toen Groot Ventje, midden in de kerstaankopen, plots riep: 'Maar daar staat "Kassa"!'
Of misschien eerder, die dag, bijna een jaar geleden, toen hij wou weten welke woordjes met een c begonnen, en ik onnadenkend 'Circus en clown' zei. Groot Ventje fronste, dacht even na en zei: 'Maar mama, Circus is met een c, maar clown, dat is met een k hoor.'
Of was het nog eerder, toen hij, even na zijn tweede verjaardag, geïnspireerd door het bord met de bijbehorende magneetjes, overal 'zijn' letter liep te zoeken?
Of begon het toen hij als prille peuter bij mij op schoot kroop met, alweer, een verhaal van Kikker of zijn uitverkoren De maan is weg?
Of daarvoor al, toen hij nog onder mijn hart woonde en elke avond een verhaal van Toon Tellegen voorgelezen kreeg door een warme papastem?

Van oor tot oor

Op werkdagen haal ik Groot Ventje van school, Mijn Lief haalt Klein Ventje op bij de onthaalmoeder. Taakverdeling heet dat. Ingegeven door werkuren, schooluren, locatie, afstanden, time management, efficiënt tijdsgebruik.
Gisteren zat het verkeer helemaal in de knoop door de hevige storm, en dus haalde ik niet alleen Groot, maar ook Klein Ventje op. De deur ging open en in een mum van tijd verscheen er een stralende glimlach op zijn gezichtje. Helemaal warm werd ik ervan, vanbinnen. Misschien moet dat efficiënt tijdsgebruik af en toe maar eens opzijgezet worden.

9.1.07

Open moet het hek

Klein Ventje zit in het kartonboekje Bo's grote verrassing te kijken. Onhandig nog proberen zijn vingertjes de flapjes open te peuteren en weer dicht te doen. En weer open en weer dicht. En weer open...
Een herinnering komt boven. Tien maanden was Groot Ventje, we waren met vakantie aan zee, en Bo's grote verrassing was mee. Groot Ventje zat op het tapijt in het boekje te kijken, toen plots een Grote Boosheid bezit van hem nam. Zijn blik werd donker, de toon van zijn kreten luider. Driftig waren zijn handjes in de weer met een stukje prent waar geen flapje zat, alleen de tekening van een hek. Ik nam hem op schoot en las het boekje voor. Bij de allerlaatste pagina ging Groot Ventje breed glimlachen. Vaardig peuterden zijn vingertjes het flapje open - het hek! En daarachter een zee van kleurige bloemen, Bo's verrassing...

8.1.07

Geluk is onmogelijk

In een literair katern lees ik een recensie van Geluk is onmogelijk. Een nieuw deel in de sowieso zeer aanbevelenswaardige reeks Privé-domein, met... brieven van Flaubert. Ik hap even naar adem. Nog een bundel brieven van Flaubert. Van de vorige bundels heb ik enorm genoten, ik neem ze nog regelmatig uit de kast om hier of daar een passage te herlezen. Een nieuwe bundel brieven van Flaubert, mijn hart klopt sneller... en laat de tijd van de verlanglijstjes nou net gepasseerd zijn.

De andere kant

'Wij waren al eens aan de andere kant van de wereld, hé, mama?' loopt Groot Ventje overtuigd te knikken.
Ik frons vragend mijn wenkbrauwen. Verder dan Italië raken de vliegtuigen waar ik in zit zelden.
'Een andere keer, toen ik pannenkoeken gegeten heb en jij niet,' verduidelijkt hij.
De verste pannenkoeken die ik ooit gegeten heb, waren overheerlijke crêpes met Nutella in het restaurant van een Italiaanse luchthaven.
'En toen we klaar waren, reden we naar het huis van H. Aan de andere kant van de wereld!'
Nog duurt het een tel voor alle puzzelstukjes op hun plaats vallen.
H. is mijn Liefste Vriendin. Ze woont aan de andere kant van de wereld, in het veel te verre Texas, maar met kerst was ze hier. Groot Ventje en ik zijn op een avond iets met haar gaan drinken, en Groot Ventje kreeg er een pannenkoek bovenop. Die avond gaven we H. een lift. Naar het huis van haar ouders. H.'s huis, concludeerde Groot Ventje. Even waren we helemaal naar de andere kant van de wereld gereden.

e

Ze mag dan alomtegenwoordig zijn in onze taal, de e is een onverwacht moeilijke letter. Je zegt è als er eentje staat, zoals in met, en é als er twee staan, zoals in zee. Makkelijk toch? Maar in meten staat er ook eentje, en toch is dat é, en een, dat is meestal niet met é, maar met een vreemd dof klankje. Duivelse letter, nu ik ze weer even door kinderogen zie.

7.1.07

Gekke dingetjes



Vandaag haal ik Wolf van Sara Fanelli uit de kast. Fanelli is me erg lief, ik wil Groot Ventje wel eens van haar laten proeven. Niet zonder schroom trouwens, wat gaat Groot Ventje met zoiets experimenteels doen? Samen lezen we het verhaal, leven we mee met de wolf die maar geen vriendjes vindt en verwonderen ons om wat we allemaal zien. 'Het leukst vind ik al die gekke dingetjes in de tekeningen,' zegt Groot Ventje. Ik glimlach. In welke boekenkast zit Knoop alweer?

Voelen

Lange tijd was Klein Ventje vooral geïnteresseerd in de smaak van boeken. Nu willen zijn ogen en zijn vingertjes ook steeds ook meer. Baby' eerste speel- en voelboek is een favoriet. Felle kleuren, allerlei gaatjes waar vingertjes door gestoken kunnen worden, randjes die afgetast kunnen worden, veel voeldingetjes die de vingertjes eindeloos boeien, en spiegeltjes waarin een lachend gezichtje verschijnt. Leuk, keer op keer weer.

5.1.07

Wiegen

Nog nooit van zijn leven was Edward gewiegd. Abilene had dat nooit gedaan. Nellie ook niet. En Bull al helemaal niet. Het was een wonderlijk gevoel zo teder en tegelijkertijd zo vurig te worden vastgehouden, en met zoveel liefde te worden bekeken. Edward voelde zijn hele porseleinen lijf volstromen met liefde.

(Kate DiCamillo, De wonderbaarlijke reis van Edward Tulane)

Nooit nog zal ik deze zinnen kunnen lezen zoals ik ze pakweg vijf jaar geleden wellicht zou hebben gelezen. Nooit nog zal ik deze zinnen kunnen lezen zonder ook zelf helemaal vol te stromen met het met niets te vergelijken gevoel te wiegen. Wat onder het hart gewoond heeft, kan dat hart als niets anders verwarmen.

Verrukkelijk

Hoe gaat een porseleinen konijn dood?
Kan een porseleinen konijn verdrinken?
Heb ik mijn hoed nog op?
Dat waren de vragen die bij Edward opkwamen toen hij door de lucht vloog, boven de blauwe zee. De zon stond hoog aan de hemel, en Edward hoorde Abilene roepen. Haar stem leek van heel ver weg te komen.
‘Eédwáárd!’ schreeuwde ze, ‘kom terug!’
Kom terug! Bespottelijk om dat te roepen, dacht Edward.

(Kate DiCamillo, De wonderbaarlijke reis van Edward Tulane)

Soms is een boek zo indrukwekkend, laat het je zo ademloos achter dat je meer wilt, meer van dat, meer van die auteur. Despereaux of het verhaal van een muis, een prinses, een schoteltje soep en een klosje garen van Kate DiCamillo was zo'n boek. Overdonderd was ik.
Nu is er De wonderbaarlijke reis van Edward Tulane, de nieuwe DiCamillo. Het boek ziet er prachtig uit, een cover waar een warme gloed van uitgaat, en fijne, klassieke potloodtekeningen die het iets ouderwets, iets nostalgisch geven. Ik begin te lezen, en voor ik het weet, heeft ook dit verhaal me stevig in zijn greep. Helemaal anders dan Despereaux, maar even prachtig, even indrukwekkend.
Edward Tulane, het hoofdpersonage is een porseleinen konijn. IJdel is, en zijn hart is even koud en hard als het materiaal waaruit hij gemaakt wordt. In al zijn arrogantie en liefdeloosheid is hij bepaald onuitstaanbaar. Hij wordt aanbeden door Abilene, het meisje van wie hij de knuffel is, een adoratie die hij zich graag laat welgevallen. Maar plots valt hij zomaar ineens uit zijn kleine paradijs. Weg is Abilene, weg is haar liefde, weg haar aanbidding.
Voor het harteloze konijn begint een lange, lange reis, die hem van eigenaar naar eigenaar brengt. Elke keer wordt er van hem gehouden, elke keer moet hij de mensen die hem liefhebben weer achterlaten. Het zijn lessen in afscheid nemen, maar meer nog in voelen. Liefde voelen. Beetje bij beetje dringt het tot Edward door dat je ook met een hart van porselein kunt leren wat liefde is.
Een klassiek verhaal? Zonder meer! Een kinderboek met een boodschap? Zonder enige twijfel! Een ouderwets aandoend verhaal dat wel gemaakt voor dit donkere seizoen waarin liefde en goedheid het altijd wel goed doen? Zeker weten! Maar zo mooi, zo verrukkelijk mooi. Dat komt door het immense verteltalent van Kate DiCamillo, dat net zoals bij Despereaux bijna van de pagina's spat. Anders dan in haar barokke muizenverhaal doet ze dat heel sober, heel ingehouden, en toch meeslepend. Geen woord staat er te veel, maar wat er staat, drijft je verder.
De wonderbaarlijke reis van Edward Tulane, met zijn eerst zo onuitstaanbare verwende, maar dan zo aandoenlijke konijn, heeft zich al meteen een weg naar mijn hart gebaand. Van een zeldzame schoonheid is het, en ik kan haast niet wachten op de winteravonden waarop ik dit kan voorlezen aan Klein en Groot Ventje.

3.1.07

Winters voorlezen

Nu het wintert, haal ik Sneeuw op de vensterbank uit het rek.
(Dat had ik al veel eerder moeten doen, want er staan ook herfstverhalen in, maar het prachtige nazomerweer heeft mij, samen met de botten van ons wilgje, lang misleid.)
Meteen ben ik weer in de ban van dit hebbeding dat hoog in mijn Boekenkast der Favorieten staat. Een boek vol verhalen, liedjes en gedichten voor de winter, een mengeling van bekende en minder bekende, maar altijd mooie teksten. De illustraties van Rotraut Susanne Berner zijn adembenemend mooi. Hartverwarmend en grappig tegelijk, een ode aan het donkere seizoen dat zoveel uitnodigt tot licht en warmte én aan de grenzeloze verbeelding. In de prenten van Rotraut Susanne Berner kan álles. Na enkele prenten verlangt heel mijn lichaam naar sneeuw, verkleumde handen en een kop warme chocmelk.
Ik trek Groot Ventje dicht bij mij. Vandaag lezen we 'Kerstkransjes' van Rindert Kromhout, een herkenbaar verhaal over snoepzucht dat hem meteen boeit. Zijn ogen glinsteren bij elk koekje dat Merels pap in zijn mond steekt. Als toetje laat ik nog 'De ruime jas' van Jürg Schubiger volgen, een heerlijk surrealistisch verhaal.
Voorlezen is een feest, met een boek als Sneeuw op de vensterbank. Laat de winter nog maar even duren. De laatste zin van het boek, van Edward van de Vende, laat ik nog even veilig opgeborgen: 'Kom, ik schrijf de lente eens een briefje.'

2.1.07

Koekjes

Groot Ventje en ik bakken koekjes.
'Die ga ik uitdelen!' roept hij enthousiast. 'Aan iedereen op de hele wereldbol!'
We hebben nog wat bakplaten te gaan...

Slaap

Er zijn momenten dat ik, niet de minste beweging opmerkend bij slapend Klein Ventje, speur naar een trillinkje van zijn neusvleugels of een zuchtje adem over zijn lippen, en uiteindelijk mijn hand behoedzaam op zijn borstkas leg. Er zijn momenten dat ik, voor het slapengaan, de kamer van Groot Ventje in loop en met met mijn hand zachtjes over zijn haren streel.
Nu wacht ik op het telefoontje dat ze wakker is, mijn mama.

Nieuwjaarsdiner

Marcel Proust en Charlotte Gainsbourg mogen aanschuiven aan Alain de Bottons feesttafel: My fantasy New Year's Eve: No 1. Wie zou er aan de mijne mogen? Proust, Oscar Wilde en Truman Capote voor een rondje roddel mét wit, David Bowie ernaast die om het even wat mag vertellen als het maar met die magnifieke stem van hem is, en Virginia Woolf en Jeanette Winterson voor de vrouwelijke noot? En Nigella Lawson, op voorwaarde dat ze ons niet alleen op haar aangename verschijning maar ook op Veel Lekkers vergast.

Mama

Wachten duurt lang als een geliefde onder het mes moet.
Ik probeer me op mijn tekst te concentreren, maar mijn ogen glijden voortdurend in de richting van de telefoon.